Toen ik een tijd geleden mezelf op Twitter gooide, was de keuze voor de username @jurgenholvoet een makkelijke keuze, een username die ik zeker niet zou vergeten en bovendien eentje die me makkelijk vindbaar zou maken. Bovendien zou het me toelaten mijn online en offline persona gelijk te houden, kwestie van schizofrenie te vermijden.
Vroeger was dat wel eens anders, in de tijd dat het internet slechts toegankelijk was na een bijdrage in de spaarpot en ICQ een wereld voor me opende, waren nicknames de standaard. Niemand was zichzelf en toch was iedereen zichzelf. Ik was ‘Morpheus’. Je weet wel, die kerel uit The Matrix, blue pill, red pill. Ik vond het wel stoer. Of ik was ‘English Muffin’, het gaf me een soort Engelse charme die ik wel kon appreciëren.
Wat later schakelde ik over op ‘TomGreen’ op een wijlen schrijverswebsite waar ik mijn eerste woorden neerpende als volleerd schrijver en waar ik mij mooi kon verschuilen achter de initialen T.G. ofte J.H. Een eerste blijk dat je beseft dat je J.H. geboren bent en hoe je ook noemt online, je J.H. zult blijven.
Nu ben ik te vinden op de meeste sociale netwerken als Jurgen Holvoet. En soms vind ik dat wel jammer. Die vroegere online persona was een uitlegklep voor mijn offline persona, wat nu niet minder kan. Soms ben ik een @ransbottyn zonder sociale experimenten: ‘an arrogant selfish prick’. Of zou ik het willen zijn. De keuze om jezelf te zijn online is een mooie kans om je te profileren. Het is ook een gevaar om je offline zelf een andere kant te geven, meer bloot dan je zou willen.
Of misschien denk ik te veel na en ben ik Morpheus, TomGreen, T.G. ofte J.H. en English Muffin in één. Het waren toen allemaal uitingen van mezelf en dat ben ik nu ook. En dat op zich, is een fijne gedachte.