Vorige week trouwde mijn kleine zus. Ze had mij gevraagd het welkomstwoord in de kerk te verzorgen zoals dat heet. De kerk godverdomme, het moet al weer enkele jaren geleden zijn dat ik daar nog binnen ging. Maar goed, zusjes die trouwen, een mens doet al eens wat moeite. Een welkomstwoord dus, en dat ging zo:
12 november 2011 was het. Rally van de Condroz, een jaarlijkse traditie. Tot op vandaag is het nog niet duidelijk of het al dan niet om de rally dan wel om de 2 knappe dochters van het hotelletje draait, maar dat terzijde. Het was een zaterdagavond, 23u29 moet het geweest zijn. Mijn telefoon rinkelt, geen uur meer om de mensen te bellen. ‘Ulrike’ zegt mijn scherm. Bijna had ik ook niet opgenomen. “Neem maar op, misschien is er iets gebeurd.” Het was tenslotte rally.
Zo gezegd, zo gedaan:
- Ja?
- Hey, slaap je al?
- Bijna. Wat is er?
- Wel, ik bel eigenlijk om te zeggen dat Stijn mij net ten huwelijk heeft gevraagd.
- Mohow.
Mohow. Meer kon ik er op dat moment niet uit krijgen. Een proficiat zal er ook wel tussen gezeten hebben, maar vooral mohow. Mohow omdat je beseft dat kleine meisjes groot worden. Zo ook mijn klein zusterke. Wie had dat ooit gedacht? Als grote broer is het raar om te beseffen dat ze niet meer het meisje is dat denkbeeldig staat te koken in haar keukentje. Of met de Baby Born op haar arm door het huis moederke speelt. Trouwen.
Ik stuurde 5 minuten later een sms naar ons moeder: Mohow. Ze wist direct waar het over ging. Nieuwbakken schoonzoon had haar gebeld:
“Weet je nog wat ik je gezegd heb toen je me de eerste keer zag?”
“Ja,” had ze geantwoord, “dat jij mijn toekomstige schoonzoon zou worden.”Mohow.
We zijn intussen 11 mei 2013. Dat zijn heel wat dagen later: 2 kerstdagen, 2 oudejaarsavonden en 2 nieuwjaren. De geboorte van een metekind én 2 Bavikhoofse feesten.
En nu is’t voor echt: trouwen.
Mohow!
Uiteraard verwelkomde ik ook de gasten, want zeg nu zelf: wat is een welkomstwoord zonder welkom?