Keep calm & make radio

Donderdagavond was ik te gast bij de mensen van Quindo, dat is een medialab, een speeltuin voor (jonge) radiomakers. Elke donderdag maken zij onder andere het programma ‘Off The Record‘, een praatprogramma zonder vaste structuur noch vaste onderwerpen. Dat is fijn, dat zorgt voor mogelijkheden. DJ Twone,  MC Tjalle & Master Bagin leiden het zootje in goeie banen, fijne kerels die me de eerste minuten op mijn gemak stelden. Ik raakte met één van hen aan de praat tijdens een twunch (get-together met mede-twitteraars). Je praat over hobby’s en vindt raakpunten: radio maken, toneel spelen, improviseren. Put one & one together en voor je het weet zit je in je eerste online radio-uitzending.

Radio maken is een aparte ervaring. Je wordt in een studio gedumpt, krijgt een microfoon onder je neus, een koptelefoon op je hoofd. Liefst in die volgorde. De eerste 5 minuten zijn wennen: waar je op toneel je publiek voor je hebt met hun instant feedback, zit je hier in een afgesloten wereld zonder reactie. Je wordt voorgesteld als centrale gast en beseft dat dit eigenlijk weggelegd is voor BV’s. Acute stress: heb ik wel wat te vertellen, heb ik wel een aangename stem, klinkt mijn hoest niet te vervelend, ligt mijn haar wel goed, … Niet alles doet er toe, maar het speelt door je kop. Keep calm & make radio, werd er mij toegefluisterd. En dat radio maken, dat ging ongeveer zo:

Off The Record 17 januari 2013 by Quindo on Mixcloud

Wat mij betreft: voor herhaling vatbaar. Ik nodig mezelf dus bij deze nog eens uit, al moet ik dan misschien niet over mijn kat praten…

Mijn geluk

Ik loop door de lange, kale gang van het schoolgebouw. Er is een centrale hal waar de gangen zich per verdiep achter een reling verschuilen. De vergelijking met een gevangenis is overdreven, al klinkt de ruimte soms even hol. Op de metalen trappen klinken de stappen van mensen als donderslagen aan heldere hemel, maar nu is het stil. Het lijkt alsof ik de enige ben die hier rondwaart, ook al ben ik er zeker van dat dit niet zo is. Als ik over de reling kijk, huiver ik van de diepte. Elk moment verwacht ik een belsignaal als voorteken van een ongeziene drukte die deze gangen zal vullen. Het blijft uit.
Achter mij hoor ik voetstappen. Ik kijk pas achterom als ik een zachte vrouwenstem ‘he’ hoor roepen. Ze zegt ook mijn naam, maar die doet er nu niet toe. Ik glimlach als ze op mij afstapt.

“Ik zocht je al een tijdje, “zegt ze. Haar stem vult de lege gang met ongeziene schoonheid.” Zou jij voor mijn geluk willen zorgen?” vraagt ze en stopt me een zwart boek in de handen. “Of ik voor je geluk wil zorgen?” stamel ik. “Ja, mijn geluk, ik ben er zeker van dat jij het wil en ook kan.” Ik kijk verdwaasd naar het boek dat ze me gaf. Het is een zwart nota-schrift met harde kaft. Op de kaft staat met gouden letters ‘Mijn Geluk’ gedrukt. Ik kijk haar terug aan, dit keer recht in de ogen. ‘Mijn Geluk,” herhaalt ze, “het heeft lang genoeg geduurd. Ik wil dat jij er eindelijk het eerste hoodstuk in schrijft.” Luisterend blader ik door de blanco pagina’s van het schrift. Ik wou nog iets zeggen maar word onderbroken door een belsignaal dat simultaan alle gangen vult met mensen. Ze geeft me een kus op de wang en verdwijnt in de massa. Ik bekijk het boek terwijl iedereen langs me loopt. Als ik omkijk, is ze verdwenen. Mijn glimlach was klein, maar zeer intens.

Het belsignaal blijft weerklinken. Ik open mijn ogen en voel de zon prikken. Ik zucht en duw de wekker af. Slaapdronken gooi ik de lakens van me af en ga rechtop zitten. Het is stil in huis. Mijn kat komt goeiemorgen zeggen. Honger. “Mijn Geluk,” prevel ik terwijl ik recht sta, de trap afloop en me richting mijn boekenkast begeef. Mijn Geluk, het hoofdstuk dat ik nooit schreef in het boek dat ze me nooit gaf. Ik zucht diep terwijl een koude rilling over mijn ruggengraat loopt. De kat miauwt. Honger.

Ongelukkig slof ik naar de keuken, geef de kat eten en maak koffie die ik alleen zal uit drinken. Het is kil in huis en dat zal zo blijven.

Radertjes

image

Het wordt weer een nacht zoals alle andere. Een nacht zoals die van gisteren op die van de dag daarvoor en die van morgen op vandaag lijken zal. Ik zou een boek willen lezen maar weet dat ik dan in een slaap val die ik nooit zal kunnen vatten. Ik zou willen slapen maar weet dat de radertjes mij van de nachtrust weg zullen houden. Ze draaien op volle toeren in een overdovende stilte die mijn vriendin niet kan deren maar mij woelend de nacht inbrengt. Ik krijg het gezelschap van mijn kat die weet dat de nacht voor de dromers is. Dromen zal er vandaag niet inzitten. Enkel wachten op het krieken van de dag en weten dat de nacht die zo lang leek eigenlijk veel te kort was.
Ik kruip maar in bed met mijn ogen dicht. Slapen doe ik morgen wel.

Zorgen

Ik maak me zorgen. Zorgen om haar. Zorgen om mezelf.

Ik maak me zorgen om mensen die hun kinderen geen gordel omdoen in hun kinderzitje in de wagen. Ik maak me zorgen om de hevige regenval en of het allemaal wel nog normaal is. Ik maak me zorgen of ik niet een dag wakker zal worden en doof zal zijn en nooit meer muziek zal kunnen horen. Nooit meer het engelengezang van zingende engelen, nooit meer haar lieve woordjes die ze fluistert in mijn oor als ze wakker wordt. Ik heb honger. Ik ook, maar nu nog even niet. Nog vijf minuutjes.

Ik maak me zorgen dat die vijf minuutjes ooit een eeuwigheid worden en ik nooit meer wakker word. Nooit meer de dingen zal zien zoals ze zijn of nooit meer de zorgen krijg die ik verdien. Ik maak me zorgen dat ik wakker wordt en dat ze niet naast me ligt. Niet weg als: ‘Ik sta al op en ga koffie maken’, maar weg weg. Zoals in niet meer hier of nooit bestaan.

Ik maak me zorgen dat ik op een dag op straat sta, geen nagel om aan mijn gat te krabben of armen te kort om de jeuk te lijf te gaan. Ik maak me zorgen dat die dag ook mijn zicht, mijn smaak, mijn gevoel zal wegzijn. Weggezogen uit het leven. Dat ik er alleen voor sta of dat ik ik niet meer ben wie ik ben.

It takes a worried man to sing a worried song.
He is worried now, but he won’t be worried long.

[Paolo Nutini – Worried man]

Ik maak me bovendien ook zorgen dat ik op een dag de wereld aankijk vol inspiratie, maar geen plaats vind om mijn ei kwijt te kunnen. Dat ik een opgekropt vat vol onnuttige info word en mensen lastig val met idiote weetjes. Wist je dat een kater weerhaken op zijn penis heeft? Ja, dat wist ik. Ik ook, maar wou het je maar even zeggen.

‘Maak je toch geen zorgen,’ fluistert ze zacht.
Ze heeft gelijk.
Mijn meisje.